zaterdag 13 juli 2013

enkele nabeschouwingen

 Eerst en vooral wil ik al diegenen die een reactie plaatsten of een mail stuurden van harte bedanken; jullie steun en aanmoedigingen waren heel welkom.

Tijdens mijn tocht dacht ik dikwijls aan mijn Camino Francés, het was sterker dan mijzelf. Telkens kwam de Camino Francés er als winnaar uit. Ik voelde dat dit niet goed zat hetgeen als gevolg zou kunnen hebben dat ik niet ten volle kon genieten van de Via Podiensis. Gesprekken onderweg, met o.a. Brian en nog anderen, hebben mij tot het besef laten komen dat ik  bevooroordeeld was - Spanje heeft mij als land altijd veel meer aangetrokken dan Frankrijk, ook de taal vond ik een grotere uitdaging - en veel, minder goede, indrukken waarschijnlijk ver weggeborgen heb. De vele randonneurs, dus niet de pelgrims, hadden ook allemaal een doel dat in de nabije toekomst lag: vijf dagen, een week,  of langer stappen langs de GR 65, sommigen in min of meer grote groepen, alle overnachtingen op voorhand geboekt, sommigen met dagrugzak en al dan niet logistieke (lees begeleiders met wagen) ondersteuning onderweg. Maar ieder heeft natuurlijk recht op zijn eigen motivatie, zijn eigen reden en zijn eigen manier. Eens ik tot dat besef kwam en de vooroordelen kon opzij schuiven kon ik openstaan voor de schoonheid van de natuur, voor het rijke culturele, historische en religieuze patrimonium, de ontmoetingen op het deel van de Via Podiensis dat ik stapte. Zoals vele insiders weten: het doel is de weg!

Hier volgen enkele losse nabeschouwingen:
- de bewegwijzering is uitstekend; de bekende rood-witte markeringen van de GR zijn duidelijk en in voldoende mate aangegeven; als ik dan al eens verkeerd liep was dat gewoon te wijten aan onoplettendheid, en je moet wel goed opletten, geen gele pijlen om te volgen.



 Naast de rood-witte streepjes zijn er af en toe ook houten wegwijzers of blauwe achtergrond met schelp die aangeeft hoe ver het is tot Santiago de Compostela.


 





- de Fransen zijn als de dood voor bedwantsen (punaises de lit); ik hoorde dat er enkele jaren geleden een ware plaag heerste en sedertdien is men in de gîtes op zijn hoede: op veel plaatsen wordt aangegeven dat de voorziening preventief behandeld wordt; je kan ook her en der een milieuvriendelijk product kopen (Clako). In de gîte communal van Nasbinals, die onbeheerd is - er komt enkel een gemeentebediende van 18u tot 18u15 - wordt via een nota aan de muur gevraagd om de rugzak in een plastic zak te doen alvorens de kamer te betreden (maar er is geen controle op; mijn 2 kamergenoten deden dit niet); in de abdij van Conques steken de vrijwilligers zelf de rugzak in een zak; in de gîte Chez Celia in Figeac krijg je een plastic box ter beschikking om je benodigdheden in te deponeren - de rugzak komt niet in de kamer; in de gîte d' etape La Halte de Lacapelle gaan ze nog verder: alles blijft beneden, je krijgt een box met deksel en er wordt gevraagd om daarin enkel persoonlijk gerief te steken, enkel die box mag naar de kamer boven, douches, toiletten en was- en drooggelegenheid zijn beneden.
- de voorzieningen onderweg zijn over het algemeen ruim voldoende; gîtes zijn voldoende voorhanden om iedereen zijn eigen afstand te laten afleggen. Er zijn gîtes communaux, privé-gîtes en accueils chrétiens (die meestal een donativo vragen - hier heb ik geen gebruik van gemaakt); meestal is de accomodatie uitstekend: kamers met gewone bedden, 4-6 bedden per kamer, dikwijls met eigen badkamer. Enkel in Les Faux was er een slaapzaal met 19 bedden en gemeenschappelijk sanitair = 2 douches en 2 toiletten, en in de abdij van Conques een zaal met 7 stapelbedden en gemeenschappelijk sanitair. In de meeste gîtes wordt er half pension aangeboden (gemeenschappelijk avondmaal - dikwijls streekgerechten - en ontbijt): de prijs varieert van 28 tot 35 euro. Indien dit niet het geval is, is er wel een hotel of restaurant in de buurt (in Nasbinals bijvoorbeeld ging ik in het hotel vlakbij ontbijten en dat kostte mij 8,5 euro!!! Genoeg dacht ik om één en ander mee te nemen voor onderweg!!!). In lokale winkeltjes is er  ook mogelijkheid om iets te kopen voor onderweg; sommige gîtes bieden ook de mogelijkheid om een "panier picque-nicque " te bestellen. Het enige nadeel is dat, als je zeker wil zijn van een bed, je best op voorhand reserveert; met vallen en opstaan heb ik dat dan ook geleerd: de avond ervoor of 's morgens even informeren of er nog een bed beschikbaar is en reserveren; meestal is dat ook gelukt, echter niet altijd, maar dan pas je gewoon de lengte van de etappe aan.
- internetvoorzieningen zijn er niet zoveel; wel WiFi, maar dan moet je al je eigen gerief meehebben en op dat gebied ben ik nog vrij primitief: ik ben immers afhankelijk van publieke computers.
- kerken en kapellen zijn over het algemeen overdag open. Pelgrimsvieringen en - zegeningen zijn er in Le-Puy-en-Velay (hier kreeg ik een paternoster en een medaillon met aan de ene kant de zwarte madonna en aan de andere kant een schelp) en Conques (waar ik een boekje met het  evangelie volgens Matteus kreeg - in het Nederlands nog wel), pelgrimsoorden bij uitstek. Daarnaast zijn er in enkele stadjes/dorpjes ook lokaaltjes waar pelgrims ontvangen worden door vrijwilligers (meestal ouderen) voor een drankje, informatie, een stempel, ... Sporadisch zag ik een Jacobusbeeld. Kruisen daarentegen zijn er overal, sommigen versierd met bloemen, intenties en paternosters.



 - ik ben door heel mooie streken gestapt, getuige daarvan de foto's - waarvan er enkele op eerdere berichten staan. De inwoners zijn ook heel fier op hun streek, bijvoorbeeld de Aubrac, de Aveyron. Het weer was in de eerste week koud en vreselijk nat; vooral in de Aubrac was de lente nog heel pril einde mei


prille lente


- mede door het slechte weer lagen de stenige paden er soms vreselijk bij, het was soms echt uitkijken waar je je voeten kon zetten, vooral in de steile afdalingen (o.a. die van Rochegude en van Conques) en in de even steile beklimmingen, maar ook op de hoogvlakte van de Aubrac. Ik vond het zware tocht.









gelukkig had ik wandelstokken




probeer hier maar door te geraken zonder nat te worden met rugzak en poncho

- ik heb fijne mensen ontmoet, dikwijls dezelfde gezichten, ofwel onderweg, ofwel in de gîtes. Overwegend Fransen (vooral Sabine en Michel zullen me altijd bijblijven), een paar Duitsers, een Italiaans koppel, een groepje luidruchtige Brazilianen, Brian en Susan, enkele Québecquois - zeg nooit Canadees tegen iemand uit Québec - , het koppel uit Sint-Katelijne-Waver - 2x - (dat nu waarschijnlijk nog steeds aan het stappen is ergens in Spanje) en de fietsers Willy en Marcel uit Tongerloo - 1x- (die hopelijk intussen veilig en wel terug thuis zijn). Weinig enkelingen, laat staan vrouwen alleen.












Geen opmerkingen:

Een reactie posten