Drie en een halve week ben ik nu thuis. Heel vreemd om weer in de realiteit van het dagelijkse leven te worden gedropt. Ik zat nog vol van de Camino. Het fysiek afkicken ging wel - alhoewel ik nu last heb van beide achillespezen - maar het mentale was wat anders. Ik miste het leven op de Camino, het is hoe dan ook een andere, een aparte wereld, met een eigen cultuur, een eigen taal, een eigen, ja wat? De kinderen (en kleinkinderen), vrienden en anderen wilden natuurlijk dat ik vertelde van mijn belevenissen maar ik had het gevoel dat ik mijn ding niet echt kwijt kon, alleen wie de Camino zelf gelopen heeft weet waarover het gaat. Maar zo gaat het nu eenmaal in het leven, en ik denk dat ik nu wel terug aangepast ben - alhoewel .... Vóór de Camino was ik een nieuwsfreak, dagelijks de krant lezen, het nieuws volgen op televisie, het internet, ... Op de Camino had ik geen enkel idee van wat er in de wereld gebeurde, en ik had er totaal geen behoefte aan om dit te weten, en dat is nu ook nog gedeeltelijk zo.
Ik ging naar Mechelen, naar het secretariaat/bibliotheek van de Vlaamse Santiagogenootschap en daar kon ik praten met anderen die die dezelfde ervaringen hadden en dat deed mij deugd. Intussen denk ik dat ik het Caminovirus te pakken heb - bestaat er zoiets als "Caminitis"? Ik zou graag een vervolg breien aan mijn ervaringen (tijdens de tocht nooit gedacht dat dat zou gebeuren - maar de ongemakken zijn heel snel vergeten - ). Ik denk nu aan de tocht van Le Puy en Velay tot Saint-Jean Pied-de Port, of de Camino Portugués of de Via de la Plata (van Sevilla tot Santiago = 1000 km). - misschien niet volgend jaar maar nadien ....?
Ik wil graag een oproep doen aan alle twijfelaars: als jullie eraan denken om de Camino te lopen, aarzel niet, stel je niet te veel vragen, maar doe - ongeacht de leeftijd! Ook aan alle diabetici: er is geen enkel gevaar, mits je de nodige voorzorgsmaatregelen in acht neemt; op de Camino Francés zijn voldoende voorzieningen. Een beetje kennis van de Spaanse taal is wel handig.
Graag wil ik terugkomen op de tekst - maar nu volledig - die ik las op de muur van een meelfabriek vooraleer Najéra (zie blog):
"Polvo, barro, sol y lluvia
es camino de Santiago.
Millares de peregrinos
y màs de un millar de años.
Peregrino, quien te llama?
Qué fuerza oculta te te atrae?
Ni el campo de las Estrellas
ni las grandes catedrales
No es la bravoura Navarra
ni el vino de los rioganos
ni los mariscos Galllegos
ni los campos castellanos
Peregrino, Quien te llama?
que fuerza oculta te atrae ?
Ni las gentes del camino
ni las costumbres rurales.
No es la historia y la cultura
ni el gallo de la Calzada
ni el palacio de Gaudì
ni el castillo de Ponferrada.
Todo lo veo al pasar
y es un gozo verlo todo
mas la voz que a mi me llama
la siento mucho más hondo.
La fuerza que a mi ma empuja
a fuerza que a mi me atrae
no se explicarla ni yo.
Sólo él de arriba lo sabe.
door E. Garibay
zondag 8 juli 2012
maandag 25 juni 2012
pelgrims(eigen)aardigheden
Hier volgen wat losse gedachten over typische algemene kenmerken en enkele specifieke situaties zoals ik die gezien/ervaren heb:
- je herkent ze overal, de pelgrims. Overdag terwijl ze stappen natuurlijk aan hun uitrusting (schoenen, rugzak, wandelstokken, ...), ze zitten in elke bar die onderweg open is. Maar ook in de namiddag en 's avonds: proper gewassen en eventueel geschoren en zittend in bars bij voorkeur op het terras, zittend op banken, liggend in het gras, rondkuierend in stad of dorp, zoekend naar een eventuele winkel, met de plasstic zak van de plaatselijke winkel in de hand. Je herkent ze vooral aan het schoeisel. De Teva's, de Crocs, de Ecco's en andere sandalen en slippers zijn zeer populair bij de pelgrims. Ook populair zijn de felgekleurde nylon boodschappentasjes
- ze gaan met de kippen op stok; sommigen liggen om 20u al te snurken; de meesten gaan rond 21u slapen en om 22u ligt iedereen in bed
- vrouwen snurken bijna evenveel als mannen, maar anders
- als het regent verandert de uitrusting in een heel kleurrijk spektakel: de regenbroeken- en vesten, maar vooral de rugzakhoezen en de poncho's (in alle mogelijke modellen trouwens) zijn er in alle kleuren van de regenboog en blijkbaar hoe opvallender hoe liever
- er zijn de rommelaars met de plastic- en andere ritselende zakjes in de refugios; sommigen vinden het blijkbaar nodig om telkens opnieuw de inhoud van hun rugzak uit te stallen en hem opnieuw te vullen
- er zijn de supervroegen, die vertrekken nog voor het licht wordt; zij stappen dan met hun voorhoofdslamp om de gele pijlen te vinden; er zijn de vroegen die vertrekken tussen 6u30 en 7u en er zijn de laten die om 7u30 nog in de albergue aanwezig zijn
- er zijn de supersnellen met een motortje in hun achterste; ik vraag mij echter af wat zij van de omgeving zien en of zij genieten. Zij stappen meestal ook meer dan 30-35-40 km en zijn gefocust op hun sportieve prestatie: meer, verder, langer
- of er pelgrims achter je aankomen hoor je aan het getik van hun stokken; naarmate de Camino vordert wordt het getik luider omdat de doppen afslijten
- de fietsers zijn meestal vrolijker en uitbundiger dan de stappers; van ver roepen zij "Buen Camino!", waarschijnlijk om te verwittigen dat zij aankomen; zij staan bovenop de steenhoop van het Cruz de Ferro met de fiets boven hun hoofd om te poseren voor de foto en dat is ook zo op de Praza do Obradoiro in Santiago. Er zijn er echter ook bij die heel roekeloos zijn op hun alle-terreinfietsen; menigeen heb ik zien vallen over de stenen of schuiven in de modder
- er zijn echte kunstenaars bij: zoals zij de stenen op de paaltjes stapelen
- over de motieven van het lopen van de Camino wordt amper gesproken
- honderden keren per dag wordt je een "Buen Camino" toegewenst
- de luid zingende Koreaan met de zilveren paraplu in de volle zon
- Matt, de vegetariër uit Bath, die bijna nergens aan zijn trekken kwam in de spaanse restaurants
- de Hongaarse vrouw in de refugio van Villambistia die in een multicultureel gezelschap terechtkomt en enkel Hongaars en Duits spreekt; ik fungeer als tolk tussen Spanjaarden, Fransen, Australiers, een Roemeense, een Braziliaan, een Koreaanse. Zij is bewegingstherapeute en wil de Braziliaan duidelijk maken dat hij geen 45 km moet stappen en veeeeeeeeeeeeeeeeeeel water drinken, geen bier, waarop hij lakoniek reageert "Ik ben toch geen vis!"
- de Koreaanse Kim, zo klein en mager, met een loodzware rugzak. Zij eet als een muis maar proeft van alles wat zij niet kent. Ik zit met haar aan tafel in een restaurant en laat haar van mijn pizza proeven. Lekker vindt ze, maar dat kennen ze in Zuid-Korea; zij hebben zelfs Domino's Pizza!
- de Vlaming in de eigenaardige outfit die niet de wandelpaden neemt, maar steeds langs de asfaltwegen stapt: hij heeft namelijk een karretje met zijn bagage dat hij met een soort harnas om zijn bovenlichaam voorttrekt
- de Ier uit Galway die altijd zijn vrouw zocht - hij stap sneller dan zij en zit dan op één of ander terras uren op haar te wachten: "I'am looking for my wife"
- de drie werkloze Spanjaarden en hun hond die de Camino lopen om iets om handen te hebben. Zij hebben geen uitkering en kunnen zich dus ook niet permitteren om in de refugios te overnachten. Zij maken wel gebruik van de douches in de refugios
- de andere Spanjaard met zijn hond: beiden dragen een rugzak, de hond zelfs 2
- Dario, de Italiaan die al zijn vierde Camino loopt maar nog nooit in Santiago is geweest; hij loopt steeds de mooiste stukken, stopt dan om het jaar daarop weer te herbeginnen. Zijn voeten zien er vreselijk uit; hij stapt met één stapschoen en één slipper
- en nog zo veel anderen (zie ook in andere berichten van de blog) ......
- je herkent ze overal, de pelgrims. Overdag terwijl ze stappen natuurlijk aan hun uitrusting (schoenen, rugzak, wandelstokken, ...), ze zitten in elke bar die onderweg open is. Maar ook in de namiddag en 's avonds: proper gewassen en eventueel geschoren en zittend in bars bij voorkeur op het terras, zittend op banken, liggend in het gras, rondkuierend in stad of dorp, zoekend naar een eventuele winkel, met de plasstic zak van de plaatselijke winkel in de hand. Je herkent ze vooral aan het schoeisel. De Teva's, de Crocs, de Ecco's en andere sandalen en slippers zijn zeer populair bij de pelgrims. Ook populair zijn de felgekleurde nylon boodschappentasjes
- ze gaan met de kippen op stok; sommigen liggen om 20u al te snurken; de meesten gaan rond 21u slapen en om 22u ligt iedereen in bed
- vrouwen snurken bijna evenveel als mannen, maar anders
- als het regent verandert de uitrusting in een heel kleurrijk spektakel: de regenbroeken- en vesten, maar vooral de rugzakhoezen en de poncho's (in alle mogelijke modellen trouwens) zijn er in alle kleuren van de regenboog en blijkbaar hoe opvallender hoe liever
- er zijn de rommelaars met de plastic- en andere ritselende zakjes in de refugios; sommigen vinden het blijkbaar nodig om telkens opnieuw de inhoud van hun rugzak uit te stallen en hem opnieuw te vullen
- er zijn de supervroegen, die vertrekken nog voor het licht wordt; zij stappen dan met hun voorhoofdslamp om de gele pijlen te vinden; er zijn de vroegen die vertrekken tussen 6u30 en 7u en er zijn de laten die om 7u30 nog in de albergue aanwezig zijn
- er zijn de supersnellen met een motortje in hun achterste; ik vraag mij echter af wat zij van de omgeving zien en of zij genieten. Zij stappen meestal ook meer dan 30-35-40 km en zijn gefocust op hun sportieve prestatie: meer, verder, langer
- of er pelgrims achter je aankomen hoor je aan het getik van hun stokken; naarmate de Camino vordert wordt het getik luider omdat de doppen afslijten
- de fietsers zijn meestal vrolijker en uitbundiger dan de stappers; van ver roepen zij "Buen Camino!", waarschijnlijk om te verwittigen dat zij aankomen; zij staan bovenop de steenhoop van het Cruz de Ferro met de fiets boven hun hoofd om te poseren voor de foto en dat is ook zo op de Praza do Obradoiro in Santiago. Er zijn er echter ook bij die heel roekeloos zijn op hun alle-terreinfietsen; menigeen heb ik zien vallen over de stenen of schuiven in de modder
- er zijn echte kunstenaars bij: zoals zij de stenen op de paaltjes stapelen
- over de motieven van het lopen van de Camino wordt amper gesproken
- honderden keren per dag wordt je een "Buen Camino" toegewenst
- de luid zingende Koreaan met de zilveren paraplu in de volle zon
- Matt, de vegetariër uit Bath, die bijna nergens aan zijn trekken kwam in de spaanse restaurants
- de Hongaarse vrouw in de refugio van Villambistia die in een multicultureel gezelschap terechtkomt en enkel Hongaars en Duits spreekt; ik fungeer als tolk tussen Spanjaarden, Fransen, Australiers, een Roemeense, een Braziliaan, een Koreaanse. Zij is bewegingstherapeute en wil de Braziliaan duidelijk maken dat hij geen 45 km moet stappen en veeeeeeeeeeeeeeeeeeel water drinken, geen bier, waarop hij lakoniek reageert "Ik ben toch geen vis!"
- de Koreaanse Kim, zo klein en mager, met een loodzware rugzak. Zij eet als een muis maar proeft van alles wat zij niet kent. Ik zit met haar aan tafel in een restaurant en laat haar van mijn pizza proeven. Lekker vindt ze, maar dat kennen ze in Zuid-Korea; zij hebben zelfs Domino's Pizza!
- de Vlaming in de eigenaardige outfit die niet de wandelpaden neemt, maar steeds langs de asfaltwegen stapt: hij heeft namelijk een karretje met zijn bagage dat hij met een soort harnas om zijn bovenlichaam voorttrekt
- de Ier uit Galway die altijd zijn vrouw zocht - hij stap sneller dan zij en zit dan op één of ander terras uren op haar te wachten: "I'am looking for my wife"
- de drie werkloze Spanjaarden en hun hond die de Camino lopen om iets om handen te hebben. Zij hebben geen uitkering en kunnen zich dus ook niet permitteren om in de refugios te overnachten. Zij maken wel gebruik van de douches in de refugios
- de andere Spanjaard met zijn hond: beiden dragen een rugzak, de hond zelfs 2
- Dario, de Italiaan die al zijn vierde Camino loopt maar nog nooit in Santiago is geweest; hij loopt steeds de mooiste stukken, stopt dan om het jaar daarop weer te herbeginnen. Zijn voeten zien er vreselijk uit; hij stapt met één stapschoen en één slipper
- en nog zo veel anderen (zie ook in andere berichten van de blog) ......
zondag 24 juni 2012
het geheim
Nergens is met geschiedkundige zekerheid vermeld dat Jacobus de Meerdere, één van de 12 apostelen, ooit in Spanje is geweest. Sommige bronnen beweren van wel. Hij stierf in het jaar 44, onthoofd op bevel van Herodes Agrippa, in Jeruzalem.
Hoe komt het dan dat zijn stoffelijke resten in Santiago de Compostela terechtgekomen zijn en wat heeft deze man gedaan om tot op heden zoveel miljoenen pelgrims naar zijn graf te lokken?
Al wat volgt is gebaseerd op legenden.
Na zijn martelaarsdood legden 2 van zijn volgelingen, Athanasius en Theodorus, het stoffelijk overschot in een boot die, geleid door engelen, in zeven dagen naar Galicië voer. Zij werden samen begraven op de plaats die nu Santiago de Compostela heet. De graven raakten daarna in de vergetelheid, tot rond 842 een kluizenaar, Pelayo genaamd, lichtverschijnselen zag (een ster, sterren?) en wonderbaarlijk mooie muziek hoorde en zo de graven ontdekte. Het veld waar de graven ontdekt werden kreeg de naam Campus Stellae (sterrenveld) dat later Compostela zou worden. (de Camino wordt ook wel de Sterrenroute genoemd - zie het opschrift op de foto van het pelgrimsmonument op de Alto del Perdón).
Een andere legende die aan Jacobus wordt toegeschreven is die van Matamoros (Morendoder); hij zou aan de hemel verschenen zijn op een wit paard en zwaaiend met zijn zwaard en op die manier meegeholpen hebben met het verslaan van de Moren tijdens de Reconquista.
De gelovigen wilden zich rechtstreeks tot deze machtige en actieve heilige wenden, en dus trokken ze op bedevaart naar Santiago om hen hun persoonlijke verzoeken voor te leggen en hem te smeken hen te helpen.
Hij werd de schutspatroon van Spanje en de beschermheilige van de pelgrims. Daarom wordt hij ook steeds afgebeeld met pelgrimshoed, pelgrimsschelp (Sint-Jacobsschelp) een pelgrimsstaf en kalebas, gevuld met water (overal op de Camino vind je standbeelden en andere afbeeldingen van hem).
Hoe komt het dan dat zijn stoffelijke resten in Santiago de Compostela terechtgekomen zijn en wat heeft deze man gedaan om tot op heden zoveel miljoenen pelgrims naar zijn graf te lokken?
Al wat volgt is gebaseerd op legenden.
Na zijn martelaarsdood legden 2 van zijn volgelingen, Athanasius en Theodorus, het stoffelijk overschot in een boot die, geleid door engelen, in zeven dagen naar Galicië voer. Zij werden samen begraven op de plaats die nu Santiago de Compostela heet. De graven raakten daarna in de vergetelheid, tot rond 842 een kluizenaar, Pelayo genaamd, lichtverschijnselen zag (een ster, sterren?) en wonderbaarlijk mooie muziek hoorde en zo de graven ontdekte. Het veld waar de graven ontdekt werden kreeg de naam Campus Stellae (sterrenveld) dat later Compostela zou worden. (de Camino wordt ook wel de Sterrenroute genoemd - zie het opschrift op de foto van het pelgrimsmonument op de Alto del Perdón).
Een andere legende die aan Jacobus wordt toegeschreven is die van Matamoros (Morendoder); hij zou aan de hemel verschenen zijn op een wit paard en zwaaiend met zijn zwaard en op die manier meegeholpen hebben met het verslaan van de Moren tijdens de Reconquista.
De gelovigen wilden zich rechtstreeks tot deze machtige en actieve heilige wenden, en dus trokken ze op bedevaart naar Santiago om hen hun persoonlijke verzoeken voor te leggen en hem te smeken hen te helpen.
Hij werd de schutspatroon van Spanje en de beschermheilige van de pelgrims. Daarom wordt hij ook steeds afgebeeld met pelgrimshoed, pelgrimsschelp (Sint-Jacobsschelp) een pelgrimsstaf en kalebas, gevuld met water (overal op de Camino vind je standbeelden en andere afbeeldingen van hem).
zondag 17 juni 2012
mijn stapgeschiedenis
Ziehier de dagtochten zoals ik die stapte; ik volgde niet echt een uitgeschreven schema en probeerde toch niet te veel de klassieke stopplaatsen aan te doen wegens te veel volk. Natuurlijk stopte ik wel in de historische steden, het zou een beetje dom zijn om voorbij te gaan aan alle cultuur die de Camino te bieden heeft. Ik liet mij vooral leiden door wat mijn lichaam en vooral mijn voeten mij vertelden en dikwijls wist ik `s morgens niet waar ik ´s avonds zou slapen. Ik moest uiteraard wel rekening houden met de aanwezigheid van albergues.
dag 1 Saint-Jean-Pied-de-Port - Orisson 8 km
dag 2 Orisson - Roncesvalles 18 km
dag 3 Roncesvalles - Zubiri 21,8 km
dag 4 Zubiri - Pamplona 20 km
dag 5 Pamplona - Obanos 23 km
dag 6 Obanos - Villatuerta 21,5 km
dag 7 Villatuerta - Los Arcos 25 km
dag 8 Los Arcos - Viana 19,5 km
dag 9 Viana - Navarrete 21,5 km
dag 10 Navarrete - Azofra 23 km
dag 11 Azofra - Grañon 23,4 km
dag 12 Grañon - Villambistia 22,5 km
dag 13 Villambistia - Agés 21,7 km
dag 14 Agés - Burgos 24,8 km
dag met vrienden
dag 15 Tardajos - Hornillos del Camino 11 km
dag 16 Hornillos del Camino - Castrojeriz 20,5 km
dag 17 Castrojeriz - Frómista 25,5 km
dag 18 Frómista - Carrión de los Condes 19,2 km
dag 19 Carrión de los Condes - Lédigos 23,4 km
dag 20 Lédigos - Bercianos 25,6 km
dag 21 Bercianos - Reliegos 20 km
dag 22 Reliegos - León 28 km
dag 23 León - Villadangos del Páramo 20 km
dag 24 Villadangos del Páramo - Astorga 28,5 km
dag 25 Astorga - Rabanal del Camino 20 km
dag 26 Rabanal del Camino - El Acebo 16,5 km
dag 27 El Acebo - Fuentes Nuevas 24 km
dag 28 Fuentes Nuevas - Trabadelo 22 km
dag 29 Trabadelo - Laguna del Bierzo 17 km
dag 30 Laguna del Bierzo - Triacastela 23 km
dag 31 Triacastela - Sarria 25 km
dag 32 Sarria - Portomarín 23 km
dag 33 Portomarín - Palas del Rei 25 km
dag 34 Palas del Rei - Castañeda 23 km
dag 35 Castañeda - Pedrouzo 25 km
dag 36 Pedrouzo - Santiago de Compostela 20 km
Dit zijn enkel de afstanden (ongeveer) tussen de verschillende plaatsen en niet de kilometers die daar dan ter plaatse nog afgelegd zijn. Ik was gestart met mijn stappenteller maar die heeft er snel de brui aan gegeven. Uiteindelijk heeft het totaal aantal geen belang, ik weet dat het er veel waren.
dag 1 Saint-Jean-Pied-de-Port - Orisson 8 km
dag 2 Orisson - Roncesvalles 18 km
dag 3 Roncesvalles - Zubiri 21,8 km
dag 4 Zubiri - Pamplona 20 km
dag 5 Pamplona - Obanos 23 km
dag 6 Obanos - Villatuerta 21,5 km
dag 7 Villatuerta - Los Arcos 25 km
dag 8 Los Arcos - Viana 19,5 km
dag 9 Viana - Navarrete 21,5 km
dag 10 Navarrete - Azofra 23 km
dag 11 Azofra - Grañon 23,4 km
dag 12 Grañon - Villambistia 22,5 km
dag 13 Villambistia - Agés 21,7 km
dag 14 Agés - Burgos 24,8 km
dag met vrienden
dag 15 Tardajos - Hornillos del Camino 11 km
dag 16 Hornillos del Camino - Castrojeriz 20,5 km
dag 17 Castrojeriz - Frómista 25,5 km
dag 18 Frómista - Carrión de los Condes 19,2 km
dag 19 Carrión de los Condes - Lédigos 23,4 km
dag 20 Lédigos - Bercianos 25,6 km
dag 21 Bercianos - Reliegos 20 km
dag 22 Reliegos - León 28 km
dag 23 León - Villadangos del Páramo 20 km
dag 24 Villadangos del Páramo - Astorga 28,5 km
dag 25 Astorga - Rabanal del Camino 20 km
dag 26 Rabanal del Camino - El Acebo 16,5 km
dag 27 El Acebo - Fuentes Nuevas 24 km
dag 28 Fuentes Nuevas - Trabadelo 22 km
dag 29 Trabadelo - Laguna del Bierzo 17 km
dag 30 Laguna del Bierzo - Triacastela 23 km
dag 31 Triacastela - Sarria 25 km
dag 32 Sarria - Portomarín 23 km
dag 33 Portomarín - Palas del Rei 25 km
dag 34 Palas del Rei - Castañeda 23 km
dag 35 Castañeda - Pedrouzo 25 km
dag 36 Pedrouzo - Santiago de Compostela 20 km
Dit zijn enkel de afstanden (ongeveer) tussen de verschillende plaatsen en niet de kilometers die daar dan ter plaatse nog afgelegd zijn. Ik was gestart met mijn stappenteller maar die heeft er snel de brui aan gegeven. Uiteindelijk heeft het totaal aantal geen belang, ik weet dat het er veel waren.
vrijdag 15 juni 2012
het verhaal van blaren, pijntjes en andere kwalen
Neen, van blaren heb ik gelukkig geen last gehad. Ligt het aan de voorbereiding, de schoenen, de sokken, het feit dat ik niet echt zweetvoeten heb, traag en voorzichtig stapte over de hobbelige stenen, ....? Ik weet het niet. Ik mag mij gelukkig prijzen want ik heb vreselijke voeten gezien! En ik doe mijn pet af voor wie daarmee verder stapte. Dit was zo gedurende de hele tocht. Zelfs op het einde zag ik pelgrims met verbanden aan de voeten. Ik hielp zelfs meerdere pelgrims met het doorprikken van de blaren met naald en draad en de draad vastknopen en dan bevochtigen met Isobetadine (Chris en Moniek, steigeren jullie nu?).
Sommigen liepen ook met nieuwe schoenen, ja, dan vraag je wel om problemen denk ik.
De pijnlijke (en overbelaste) pezen waren ook voor velen een probleem; soms zelfs een reden om (al dan niet tijdelijk) te stoppen. En dan de knieën! Menig pelgrim met brace of tape zien voortsukkelen.
Ik heb hier nergens last van ondervonden, wel van moeë voeten, ik stapte soms op kussentjes, vooral de bal van mijn linkervoet. Maar nooit om echt over te klagen.
Waar ik het meeste last van had was van de tractie van mijn rugzak op mijn nek en rechterschouder. Pas na 3 weken besefte ik dat ik hem veel strakker moest aanspannen op mijn heupen en de schouderriem wat losser (Astrid had mij nochtans goed advies gegeven).
Sommigen liepen ook met nieuwe schoenen, ja, dan vraag je wel om problemen denk ik.
De pijnlijke (en overbelaste) pezen waren ook voor velen een probleem; soms zelfs een reden om (al dan niet tijdelijk) te stoppen. En dan de knieën! Menig pelgrim met brace of tape zien voortsukkelen.
Ik heb hier nergens last van ondervonden, wel van moeë voeten, ik stapte soms op kussentjes, vooral de bal van mijn linkervoet. Maar nooit om echt over te klagen.
Waar ik het meeste last van had was van de tractie van mijn rugzak op mijn nek en rechterschouder. Pas na 3 weken besefte ik dat ik hem veel strakker moest aanspannen op mijn heupen en de schouderriem wat losser (Astrid had mij nochtans goed advies gegeven).
woensdag 13 juni 2012
is de cirkel rond?
´s Avonds gaan Bridget en ik aperitieven in de Parador de los Reyes Catholicos en daarna eten in het Hospedería Seminario Major (het moeten niet altijd pelgrimsmenus zijn). En daar zit waarlijk de Duitser, mijn eerste slaapmaatje van in Orisson, die ik sinds Burgos niet meer heb gezien. Hij adviseert om zeker naar Finisterre te gaan.
Ik denk geregeld aan de duitse vrouw die zo ziek was. Onbewust kijk ik rond in de hoop haar ergens te zien.
Maandag met Bridget naar Finisterre (Fisterra - einde van de wereld); busreis van 3u heen en 3u terug; nog veel bekenden doen hetzelfde.
De weg is even grillig als de kustlijn en het weer. De wolken varieren van zwart over donkergrijs, lichtgrijs, wit en af en toe een streepje blauwe lucht en een flauw zonnetje. Van in het dorp Finisterre is het 2 km klimmen tot aan de vuurtoren en het kruis. daar hoort dan ook het laatste ritueel uitgevoerd te worden: kleren verbranden als symbool van afscheid van het oude leven, omdraaien en herboren worden in het nieuwe leven. Het heeft wel iets emotioneels. Ik probeer mijn roze bandana/zweetbandje:haarbandje:sjaaltje/multifunctioneel ding te verbranden maar het lukt niet zo goed vanwege de wind en het begint ook plots te regenen (betekent dit iets?).
Op een wip slaat het weer hier om; ineens de zee vol mist, regen, wind, en een paar minuten later klaart het weer op.
Als ik ´s avonds in de kamer kom is daar de duitse vrouw! Toevalliger kan niet! Hie zit Jacobus zeker voor iets tussen! Zij schijnt ook blij mij te zien. Christiane heet ze; ze voelt zich nog steeds moe en ziek maar is er toch in geslaagd tot hier te stappen. Ik zeg haar dat ik blij ben voor haar en feliciteer haar.
´s Morgens wacht ze tot ik terug ben van de douche alvorens de stad in te trekken.
Ik denk geregeld aan de duitse vrouw die zo ziek was. Onbewust kijk ik rond in de hoop haar ergens te zien.
Maandag met Bridget naar Finisterre (Fisterra - einde van de wereld); busreis van 3u heen en 3u terug; nog veel bekenden doen hetzelfde.
De weg is even grillig als de kustlijn en het weer. De wolken varieren van zwart over donkergrijs, lichtgrijs, wit en af en toe een streepje blauwe lucht en een flauw zonnetje. Van in het dorp Finisterre is het 2 km klimmen tot aan de vuurtoren en het kruis. daar hoort dan ook het laatste ritueel uitgevoerd te worden: kleren verbranden als symbool van afscheid van het oude leven, omdraaien en herboren worden in het nieuwe leven. Het heeft wel iets emotioneels. Ik probeer mijn roze bandana/zweetbandje:haarbandje:sjaaltje/multifunctioneel ding te verbranden maar het lukt niet zo goed vanwege de wind en het begint ook plots te regenen (betekent dit iets?).
Op een wip slaat het weer hier om; ineens de zee vol mist, regen, wind, en een paar minuten later klaart het weer op.
Als ik ´s avonds in de kamer kom is daar de duitse vrouw! Toevalliger kan niet! Hie zit Jacobus zeker voor iets tussen! Zij schijnt ook blij mij te zien. Christiane heet ze; ze voelt zich nog steeds moe en ziek maar is er toch in geslaagd tot hier te stappen. Ik zeg haar dat ik blij ben voor haar en feliciteer haar.
´s Morgens wacht ze tot ik terug ben van de douche alvorens de stad in te trekken.
dinsdag 12 juni 2012
laatste rituelen
Monte de Gozo (berg van de vreugde), waar het gedenkteken staat van het bezoek van Johannes Paulus II in 1992
veel volk op de plein vóór de kathedraal, de Praza del Obradorio
blij weerzien van Klaartje en Heleen
de Puerta de Perdón die enkel geopend wordt in een heilig jaar
met Kim en Bridget wachten op de bus naar Finisterre
eindelijk een foto van de Texanen
het deense meisje en de oma
de vuurtoren van Finisterre
het kruis op het einde van de wereld
zondag 10 juni 2012
en hij zwaaide, de Botafumeiro!
Nog even over gisteren. de laatste 20 km zijn niet vanzelfsprekend; steeds klimmen en dalen, voorbij het vliegveld van Santiago, de Monte de Gozo (berg van de vreugde) - veel vreugde is er niet bij want het regent natuurlijk. Zo hoort het in Santiago de Compostela. En dat blijft zo de ganse dag. Hier staat een herdenkingsmonument ter ere van het bezoek van Johannes Paulus II in 1992. Ik vraag mij af of hij van daar te voet naar de kathedraal gestapt is met zijn lange kleren - 4 km staat er aangeduid. Ik betwijfel het.
Maar het duurt nog eeuwen voor ik aan de kathedraal ben: Het immense Praza do Obradoiros is bijna leeg in de regen. En daar sta ik dan, alleen. Wat een ontnuchtering. Is dit het?
Dan maar op zoek naar een slaapplek - niet zo evident want het is weekend en er zijn veel congressen aan de gang en de meeste albergues bevinden zich buiten het centrum. Uiteindelijk vind ik toch een bed niet te ver van het historische centrum. Ik ga mijn compostela halen en zie nog steeds geen echt bekenden.
Maar naarmate de namiddag vordert verandert dit: de Texanen zijn er, de Canadese broer en zus, de Italianen, de Duitsers, het deense meisje met haar oma, de Australiers van Waltzing Mathilda, het spaans-amerikaans koppel, Gordana en haar wandelmaatje, Bridget, en zo veel anderen.
Iedereen valt elkaar in de armen en feliciteert elkaar.
s' Avonds ga ik met Bridget naar een gebedswake met pelgrimszegen in de kathedraal. De moeite want wij komen op plaatsen die anders afgesloten zijn zoals het Pórtico de la Gloria waar momenteel restauratiewerken aan de gang zijn. Eén van de rituelen is dat de pelgrims hun hand op de middenzuil leggen - dat kan nu niet. Evenmin als het hoofd van architect Mr Mateo aantikken; zijn brein zal dus niet in mij overvloeien. Wat wel kan is Jacobus omarmen, langs achter het altaar en de crypte bezoeken waar zijn stoffelijke overschotten bewaard worden.
Vanmiddag om 12 u pelgrimsmis. De kathedraal zit nokvol! En wie zijn daar ook? Jawel, Klaartje en Heleen! Wat een blij weerzien! En niet alleen zij, ook Matt is er en nog zo veel anderen.
En de Botafumeiro. hij zwaaide! Daarvoor was er ook zoveel volk.
Ik heb dinsdag een bus (Eurolines) naar Brussel. Met de trein is het bijna niet te doen - de uren zijn onmogelijk.
Maar het duurt nog eeuwen voor ik aan de kathedraal ben: Het immense Praza do Obradoiros is bijna leeg in de regen. En daar sta ik dan, alleen. Wat een ontnuchtering. Is dit het?
Dan maar op zoek naar een slaapplek - niet zo evident want het is weekend en er zijn veel congressen aan de gang en de meeste albergues bevinden zich buiten het centrum. Uiteindelijk vind ik toch een bed niet te ver van het historische centrum. Ik ga mijn compostela halen en zie nog steeds geen echt bekenden.
Maar naarmate de namiddag vordert verandert dit: de Texanen zijn er, de Canadese broer en zus, de Italianen, de Duitsers, het deense meisje met haar oma, de Australiers van Waltzing Mathilda, het spaans-amerikaans koppel, Gordana en haar wandelmaatje, Bridget, en zo veel anderen.
Iedereen valt elkaar in de armen en feliciteert elkaar.
s' Avonds ga ik met Bridget naar een gebedswake met pelgrimszegen in de kathedraal. De moeite want wij komen op plaatsen die anders afgesloten zijn zoals het Pórtico de la Gloria waar momenteel restauratiewerken aan de gang zijn. Eén van de rituelen is dat de pelgrims hun hand op de middenzuil leggen - dat kan nu niet. Evenmin als het hoofd van architect Mr Mateo aantikken; zijn brein zal dus niet in mij overvloeien. Wat wel kan is Jacobus omarmen, langs achter het altaar en de crypte bezoeken waar zijn stoffelijke overschotten bewaard worden.
Vanmiddag om 12 u pelgrimsmis. De kathedraal zit nokvol! En wie zijn daar ook? Jawel, Klaartje en Heleen! Wat een blij weerzien! En niet alleen zij, ook Matt is er en nog zo veel anderen.
En de Botafumeiro. hij zwaaide! Daarvoor was er ook zoveel volk.
Ik heb dinsdag een bus (Eurolines) naar Brussel. Met de trein is het bijna niet te doen - de uren zijn onmogelijk.
zaterdag 9 juni 2012
Ik ben er
Even maar om te laten weten dat ik aangekomen ben, na een wandeling in de regen, zoals het hoort in Santiago de Compostela.
Vreemd gevoel!
De rest volgt morgen of een van de volgende dagen.
Vreemd gevoel!
De rest volgt morgen of een van de volgende dagen.
vrijdag 8 juni 2012
Daar is Bridget weer
Dit is van gisteren (maar ik kon niets plaatsen).
Onderweg kom ik Bridget ergens tegen, na bijna een week. Blijkbaar hebben we elkaar telkens gemist op een dorp of een albergue na. Zij is er al van in het begin bij - zie foto's van o.a. Cruz de Ferro.
De duitse vrouw had 's avonds koorts; ze zag er ook niet goed uit. Ze was naar de dokter geweest en die sprak van een mogelijke blaasontsteking; moet nu AB nemen. Ze zou proberen een dag te rusten en afwachten hoe het verder loopt. Anders met de bus naar Santiago.
Het giet vanmorgen pijpenstelen - Galicië!!!! Dan toch eerst ontbijten en even wachten; het regent geregeld en de poncho heb ik niet afgedaan. Door de regen geuren de eucalyptusbomen driedubbel zo hard - heerlijk!
En nu vandaag.
Nog 20 km volgens mijn gids, nog 18 volgens de paaltjes. Altijd maar op en af. Toch door mooie bossen gewandeld, over stenen, maar ook over bedjes van eucalyptusblaren en -schors, bedjes van dennennaalden en andere bladeren. Eindelijk iets zacht onder de voeten.
Ik was al mijn kleren in de machine en knip mijn nagels. Kwestie van proper aan te komen; nou ja, na nog een dagtocht. Maar allee, alles is weer opgefrist.
Onderweg kom ik Bridget ergens tegen, na bijna een week. Blijkbaar hebben we elkaar telkens gemist op een dorp of een albergue na. Zij is er al van in het begin bij - zie foto's van o.a. Cruz de Ferro.
De duitse vrouw had 's avonds koorts; ze zag er ook niet goed uit. Ze was naar de dokter geweest en die sprak van een mogelijke blaasontsteking; moet nu AB nemen. Ze zou proberen een dag te rusten en afwachten hoe het verder loopt. Anders met de bus naar Santiago.
Het giet vanmorgen pijpenstelen - Galicië!!!! Dan toch eerst ontbijten en even wachten; het regent geregeld en de poncho heb ik niet afgedaan. Door de regen geuren de eucalyptusbomen driedubbel zo hard - heerlijk!
dit is wel duidelijk zeker?
en dit ook
de familie op weg naar Santiago
een eenzame eucalyptusboom
en een heel bos
zomaar op straat
hier willen ze geen ooievaars
en hier ook niet
En nu vandaag.
Nog 20 km volgens mijn gids, nog 18 volgens de paaltjes. Altijd maar op en af. Toch door mooie bossen gewandeld, over stenen, maar ook over bedjes van eucalyptusblaren en -schors, bedjes van dennennaalden en andere bladeren. Eindelijk iets zacht onder de voeten.
Ik was al mijn kleren in de machine en knip mijn nagels. Kwestie van proper aan te komen; nou ja, na nog een dagtocht. Maar allee, alles is weer opgefrist.
ik vraag mij af of hier een microklimaat heerst - zuiderse vegetatie
aaronskelken?
een Schot, een Ierse en een Vlaamse
kijk maar naar de palmbomen
en wat dit is weet ik niet
woensdag 6 juni 2012
valsspelers???
Niet veel bijzonders vandaag. Mooie landschappen en verder piepkleine dorpjes en gehuchtjes die ditmaal aan het portugese binnenland doen denken, met dank aan de zwartgeklede oudere dames in de dorpjes en aan de eucalyptusbomen; hele bossen staan er.
Ik zit nu in Palas del Rey en ik heb geluk dat ik nog een bed vind; de prive-albergue is al volzet en ik kan nog enkel terecht in de Municipal; na de slechte ervaring van gisteren had ik nochtans beslist zeker geen Municipales meer aan te doen, maar nood breekt wet en deze valt bijzonder goed mee. Ik heb een kamer met 2 stapelbedden en een eigen badkamer.
Onderweg een vrouw tegengekomen (eigenlijk al verschillende dagen) die vandaag heel traag stapte. Op een bepaald moment zat ze aan de rand van de weg met het hoofd diep gebogen en ik vroeg: "Are you OK?" "No" zei ze; ik vroeg of ik kon helpen. Het zit vanbinnen, zei ze. In de albergue ligt ze op dezelfde kamer en raken we aan de praat. Ze heeft nu heel kort haar - pruik afgedaan. Ze zegt dat ze zich sinds 3 dagen niet zo goed voelt, geen honger heeft, geen energie en zo moe is. Ze laat haar rugzak vervoeren zodat ze die nniet moet dragen. Ze is van kanker geopereerd (abdominaal) en heeft na een laatste check-up groen licht gekregen om de camino te lopen. Ze probeert hier naar de dokter te gaan voor een echo - het is hier wel maar een dorp. Ik hoop dat ze geen slecht nieuws krijgt. Ik zal dan maar niet meer klagen zeker?
Wat sinds gisteren opvalt is de aanwezigheid van minibusjes/monovolumes in de dorpen waar een bar is. Zij zetten mensen af die, enkel met een dagrugzakje, een kleine afstand lopen. Met eigen ogen gezien. Ook opvallend veel taxi's op de kleine verbindingswegen tussen de dorpen.
Hoe langer hoe meer mensen maken gebruik van het rugzakvervoer.
En sinds gisteren zijn er ook veel meer pijnlijke voeten en knieën (gestart in Sarria voor de laatste 100 km).
Geen USB-poort en ook geen SD-poort, dus weer geen foto's.
Ik zit nu in Palas del Rey en ik heb geluk dat ik nog een bed vind; de prive-albergue is al volzet en ik kan nog enkel terecht in de Municipal; na de slechte ervaring van gisteren had ik nochtans beslist zeker geen Municipales meer aan te doen, maar nood breekt wet en deze valt bijzonder goed mee. Ik heb een kamer met 2 stapelbedden en een eigen badkamer.
Onderweg een vrouw tegengekomen (eigenlijk al verschillende dagen) die vandaag heel traag stapte. Op een bepaald moment zat ze aan de rand van de weg met het hoofd diep gebogen en ik vroeg: "Are you OK?" "No" zei ze; ik vroeg of ik kon helpen. Het zit vanbinnen, zei ze. In de albergue ligt ze op dezelfde kamer en raken we aan de praat. Ze heeft nu heel kort haar - pruik afgedaan. Ze zegt dat ze zich sinds 3 dagen niet zo goed voelt, geen honger heeft, geen energie en zo moe is. Ze laat haar rugzak vervoeren zodat ze die nniet moet dragen. Ze is van kanker geopereerd (abdominaal) en heeft na een laatste check-up groen licht gekregen om de camino te lopen. Ze probeert hier naar de dokter te gaan voor een echo - het is hier wel maar een dorp. Ik hoop dat ze geen slecht nieuws krijgt. Ik zal dan maar niet meer klagen zeker?
Wat sinds gisteren opvalt is de aanwezigheid van minibusjes/monovolumes in de dorpen waar een bar is. Zij zetten mensen af die, enkel met een dagrugzakje, een kleine afstand lopen. Met eigen ogen gezien. Ook opvallend veel taxi's op de kleine verbindingswegen tussen de dorpen.
Hoe langer hoe meer mensen maken gebruik van het rugzakvervoer.
En sinds gisteren zijn er ook veel meer pijnlijke voeten en knieën (gestart in Sarria voor de laatste 100 km).
Geen USB-poort en ook geen SD-poort, dus weer geen foto's.
dinsdag 5 juni 2012
uitgeslapen
Vanmorgen word ik wakker om 7u40!!!! Alleen een hollandse dame die een dag moet rusten wegens tendinitis is er nog. Ik heb niets gehoord van de anderen; ofwel waren zij zo stil, ofwel was ik zo moe. Eerst nog een ontbijt bij de Italiaan naast de albergue en het luidt net 9 op de kerkklokken als ik Sarria verlaat.
Mooie wandeling, het landschap heeft wat Iers, met de stenen muurtjes en al het groen. Enkel de fuchsias ontbreken. En sinds gisteren (of was het eergisteren?) zijn er ook échte bomen, niet enkel dennen en steeneiken. En bossen!
Galicië zou Galicië niet zijn moest het niet regenen, dus kan de poncho weer eens zijn dienst bewijzen.
Een verhaal over Portomarín: het dorp is vrij nieuw en werd in 1960 gebouwd om de inwoners van het vroegere Portomarín te herhuisvesten, dat nu volledig onder water ligt door de bouw van een stuwdam. Enkel de kerk en de voorgevel van het gemeentehuis werden bewaard. Ze werden steen voor steen afgebroken en op de heuvel opnieuw opgebouwd.
en Jacobus verwelkomt en wijst de juiste richting aan
Mooie wandeling, het landschap heeft wat Iers, met de stenen muurtjes en al het groen. Enkel de fuchsias ontbreken. En sinds gisteren (of was het eergisteren?) zijn er ook échte bomen, niet enkel dennen en steeneiken. En bossen!
Galicië zou Galicië niet zijn moest het niet regenen, dus kan de poncho weer eens zijn dienst bewijzen.
dit is de magische 100-km paal
en 500 m verder staat een bar; moet een goudmijn zijn
een horreo, waar de maïs in wordt opgeslagen, beschermd voor de dieren
Een verhaal over Portomarín: het dorp is vrij nieuw en werd in 1960 gebouwd om de inwoners van het vroegere Portomarín te herhuisvesten, dat nu volledig onder water ligt door de bouw van een stuwdam. Enkel de kerk en de voorgevel van het gemeentehuis werden bewaard. Ze werden steen voor steen afgebroken en op de heuvel opnieuw opgebouwd.
sorry
ayuntamiento (gemeentehuis)
wie goed kijkt ziet de nummers die moesten helpen bij de heropbouw
maandag 4 juni 2012
Een heel ander Spanje
O' Cebreiro
onderweg
en zo is het boven
en de troetelberen Sietse en Anke
een 800-jarge tamme kastanje bij het binnenlopen van Triacastela
Een heel ander Spanje hier, piepkleine gehuchtjes van maar enkele huizen en de straten vol koeienvlaaien. Ze volgen elkaar in sneltempo op, maar ze hebben allemaal wel een klein kerkje. Er is geen kat te zien, noch figuurlijk noch letterlijk.
Bij vertrek uit Triacastela zijn er 2 mogelijkheden, een kortere en een langere. Ik kies voor de langere omdat ik het klooster van Samos wil zien. Uiteindelijk heb ik zeker meer dan 7 km meer gedaan dan de normale weg. Het einde was een hel, ik raakte bijna niet meer vooruit. Maar allee, ik ben er. Nu nog 112 km.
het klooster van Samos
deze hoort er natuulijk ok bij
het vingerhoedskruid (digitalis) groeit hier welig
Abonneren op:
Posts (Atom)