Vanmorgen is het fris, vochtig en mistig tot de noen, daarna breekt het open en is het zonnig. De groep wordt verdeeld: een aantal wil meer dan 30 km stappen tot in Rabaçal, voor Winnie, Jorgen, Martin en mij is 25 km voldoende, tot in Alvorge. Daar zou een nieuwe albergue geopend zijn.
Mooie wandeling door bossen, langs kleine gehuchtjes met blaffende honden (gelukkig aan de ketting).
Blauwe pijlen naar Fátima in de tegenovergestelde richting. Ik kom toch enkele Fátimagangers tegen, niet zwaarbeladen maar wel een dagrugzakje, en meestal met fluohesje. In het plaatsje Ansiaõ zie ik dat er zelfs een hulppost is opgericht voor Fátimabedevaarders.
Af en toe een stevige kuitenbijter, af en toe over een stenig pad, soms tussen hoog onkruid.
Voor de albergue van Alvorge moet ik in de bar aan de ingang van het dorp zijn. Daar zitten Martin, Winnie en Jorgen te wachten op de dame met de sleutel. Ik sluit mij erbij aan en maak kennis met de vrij jonge uitbater van de bar, die graag wil laten horen dar hij frans spreekt. Een heel vriendelijke man die fier is op zijn dorp. Vanavond zal zijn vrouw voor ons koken en morgenochtend kunnen we bij hem ontbijten. Verder is er in het dorp niets, een klein levensmiddelenwinkeltje niet te na gesproken.
De albergue bevindt zich onder een nieuwgebouwd (parochie)centrum, naast de kerk. Dat de verzuurden van daar ergens in Vlaanderen, die met hun klacht over de kerkklokken toch nog gelijk gekregen hebben, maar eens naar hier (en naar zo veel andere plaatsen) komen: om het kwartier luiden de klokken en niemand die zich eraan stoort.
's Avonds is het kil en vochtig.
Wow, die boom!!
BeantwoordenVerwijderenJenna xx